Financiën
Overzicht programma
Bedrag x € 1.000 | Rekening | Begroting | Begroting 2022 | Begroting | Begroting | Begroting | ||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Programma | 2020 | 2021 | Lasten | Baten | Saldo | 2023 | 2024 | 2025 |
0.5 Treasury | -62.899 | 236 | 107 | -157 | -50 | -1.580 | -1.832 | -2.143 |
0.61 OZB Woningen | -10.721 | -11.067 | 1.123 | -12.446 | -11.324 | -11.369 | -11.414 | -11.459 |
0.62 OZB Niet woningen | -10.431 | -11.121 | 374 | -11.394 | -11.020 | -11.050 | -11.080 | -11.110 |
0.64 Belastingen overig | 56 | 56 | 59 | 0 | 59 | 59 | 59 | 59 |
0.7 Algemene uitkering en overige uitkeringen Gemeentefonds | -115.636 | -114.598 | 0 | -119.160 | -119.160 | -119.775 | -121.365 | -123.941 |
0.8 Overige baten en lasten | 742 | 3.042 | 925 | -4.376 | -3.451 | 3.135 | 6.127 | 8.705 |
0.9 Vennootschapsbelasting (VPB) | -593 | 484 | 194 | 0 | 194 | 398 | 149 | 144 |
Totaal saldo van baten en lasten | -199.483 | -132.968 | 2.781 | -147.533 | -144.752 | -140.182 | -139.356 | -139.746 |
Reservemutatie | 14.836 | -3.525 | 2.933 | -800 | 2.133 | -5.537 | 1.000 | 1.000 |
Resultaat | -184.647 | -136.493 | 5.714 | -148.333 | -142.619 | -145.719 | -138.356 | -138.746 |
Ontwikkeling programmasaldo
Toelichting ontwikkeling begrotingssaldo
bedrag x € 1.000 | ||||
2022 | 2023 | 2024 | 2025 | |
Saldo begroting 2021 | -136.985 | -133.402 | -127.382 | -127.382 |
Aanpassen formatie griffie t.l.v. stelpost areaal (rbs. 7feb21; zie ook P6/P7) | -130 | -130 | -130 | -130 |
Bijdrage BIZ t.l.v. coronabudget (cf. 1e Tijdvakrapportage; rbs. 7jul21) | -88 | |||
Kadernota veranderopg. inburgering via taakmut. (rbs 2jun21; zie ook P1/P7) | -384 | -422 | -422 | -422 |
Aanvullende besluitvorming bij Programmabegroting 2021 (rbs. 11nov20) | ||||
- Voorstel structurele middelen (besl. 6a) | 225 | 225 | 225 | 225 |
- Dekkingsmaatregelen structureel begrotingsbeeld (besl. 6b t/m 6f) | -2.120 | -3.590 | -4.053 | -4.053 |
- Vrijval reserves wijz. systematiek investeringen maatsch.vastg. (besl. 7a) | 8.000 | 5.000 | ||
- Septembercirculaire (besl. 7c) | -1.044 | -29 | -29 | -15 |
- Kapitaallasten meerjarig investeringskader maatsch.vastg. (besl. 8a) | -543 | -2.045 | -2.587 | -2.587 |
- Onrendabele top herontwikk. Legmeer t.l.v. reserve sted.vern. (besl. 11) | -7.000 | |||
Perspectiefnota 2022 (rbs. 7jul21) | ||||
- Investeringsplan maatsch.vastg., inzet stelpost inv.ruimte (besl. 2) | -21 | -152 | ||
- Voorstel structurele middelen (besl. 1) | 83 | 83 | 83 | 83 |
- Dekkingsmaatregelen: inzet stelposten nominaal/areaal | -1.215 | -1.215 | -1.215 | -1.467 |
- Mutatie Vpb, c.a. in samenh. met grondexpl. en locatie ontwikk. (besl. 9) | -250 | 133 | 49 | 44 |
- Tijdelijke huisvesting AC/KKC t.l.v. res.sted.vernieuwing (besl. 10) | -800 | |||
- Meicirculaire & BUIG-gelden (incl. extra incid. Jeugdgeld '22; besl. 13) | -5.378 | -1.032 | -967 | -869 |
Nominaal & areaal & kap.lasten & neutrale verschuivingen (mn kostentoerek.) | -1.990 | -2.295 | -1.907 | -2.021 |
Saldo begroting 2022 | -142.619 | -145.719 | -138.356 | -138.746 |
Dit programma bevat de structurele algemene inkomsten van de gemeente. De tegenhanger hiervan is de inzet van deze middelen via de programma’s. De algemene inkomsten betreffen met name de algemene uitkering gemeentefonds, de OZB en rentebaten/dividend (treasury).
Algemene dekkingsmiddelen bevat de volgende structurele algemene inkomsten:
0.5. Treasury
Verkoop aandelen Eneco 2020
In 2020 is sprake van een incidentele bate vanwege de verwachte verkoop van Eneco. Inmiddels heeft de verkoop plaatsgevonden tegen een opbrengst van afgerond € 60 miljoen, waarvan € 15 miljoen is toegevoegd aan de reserve duurzaamheid. De overige opbrengst komt ten gunste van de algemene reserve.
Aankoop preferente aandelen Stedin 2021
In 2021 heeft Amstelveen 11.713 preferente aandelen Stedin gekocht tegen een aanschafprijs van € 5.630.322. De investering levert gemeenten een vast dividendrendement van 3% per jaar over het gestorte kapitaal op (afgerond € 170.000). Over vijf jaar is een herijkmoment van dit percentage, waarbij het afhankelijk van marktrentes hoger of lager kan worden met een ondergrens van 1%.
Het bestaande begrotingskader kent een structurele dividenduitkering Stedin van € 450.000. Door een winstwaarschuwing van Stedin is de dividenduitkering voor de jaren 2021/2022 incidenteel verlaagd van € 450.000 naar nihil (besluitvorming Perspectiefnota 2021; gevolg van hogere tarieven Tennet). Gelet op deze winstwaarschuwing en de algehele (investerings)opgave waar Stedin voor staat is het gegarandeerde dividend van € 170.000 niet als aanvullende inkomst bovenop de raming van € 450.000 opgenomen. Het gegarandeerde rendement is wel een belangrijke bouwsteen om de bestaande raming vooralsnog structureel te handhaven en niet te verlagen. De komende tijd moet uitwijzen hoe het dividendbeleid van Stedin zich ontwikkelt.
Rente-exploitatie
Meerjarig heeft taakveld treasury na 2022 een oplopend positief saldo. De jaarschijf 2022 bevat een gedetailleerde herberekening en verwerking van de kapitaallasten rekening houdend met de laatst afgesloten jaarrekening, een verlaging van de rekenrente en de besluitvorming over nieuwe investeringen tot en met de Perspectiefnota 2022 (investeringsplan maatschappelijk vastgoed).
De verwerking van de nieuwe investeringsplanning voor de latere jaarschijven vindt op andere wijze plaats:
- Enerzijds zijn de meerjarige kapitaallasten opgenomen (rente en afschrijving) met toepassing van de actuele rekenrente;
- Anderzijds is budgettair rekening gehouden met het feit dat bij de huidige rentestanden en feitelijke liquiditeitspositie van de gemeente de nieuwe investeringen effectief geen extra rentelasten met zich mee brengen.
Dit komt tot uitdrukking in het onderhavige positieve saldo op de rente-exploitatie. Bij de gedetailleerde verwerking van de eerstvolgende jaarschijf in de volgende begroting vertaalt zich dit in een verdere verlaging van de rekenrente waardoor dit saldo op dat moment verdwijnt.
0.61/0.62/0.64 Belastingen (OZB Woningen, OZB Niet woningen en Belastingen overig)
De geraamde belastingopbrengsten van € 23,7 miljoen betreffen de OZB. Op taakveld OZB-woningen wordt daarnaast een opbrengst van € 120.000 geraamd voor dwanginvordering.
In de raming 2022 is rekening gehouden met een indexering van de tarieven met 2%. Daarnaast is sprake van een negatieve (areaal)bijstelling op de ozb-waarde niet-woningen. De meerjarenraming houdt rekening met een bescheiden areaalontwikkeling.
0.7 Algemene uitkering
De geraamde algemene uitkering in de primitieve begroting is gebaseerd op de actuele stand na uitwerking van de meicirculaire 2021. De uitkomsten van deze circulaire zijn via een aparte notitie samengevat en aan de gemeenteraad toegezonden en meegenomen in de behandeling en besluitvorming aangaande de Perspectiefnota 2022. De uitkomst van de septembercirculaire, na Prinsjesdag, wordt op de gebruikelijke wijze via een aanvullende notitie toegevoegd aan de begrotingsbehandeling.
Per saldo stijgt de algemene uitkering 2022 ten opzichte van 2021 met € 4,6 miljoen van € 114,6 miljoen naar € 119,2 miljoen. Afgerond € 2,3 miljoen, was reeds in de meerjarenbegroting ingeboekt, met name accres (groei) voor loon- en prijsstijgingen. De resterende toename betreft extra incidenteel geld Jeugd in 2022 (€ 1 miljoen via de septembercirculaire 2020), extra budget voogdij/18+ in samenhang met de invoering woonplaatsbeginsel (€ 0,8 miljoen via de meicirculaire 2021) en een incidenteel voordeel van € 0,5 miljoen als resultante van verschillende plussen en minnen op de accresontwikkeling, de areaalontwikkeling en de WOZ-ontwikkeling (meicirculaire 2021). Deze mutaties zijn conform de afzonderlijke rapportages en besluitvorming over de effecten van de gemeentefondscirculaires.
Na het verschijnen van de meicirculaire 2021 gemeentefonds heeft het Rijk voor 2022 een aanvullende incidentele tegemoetkoming in de kosten Jeugdhulp toegezegd. Dit naar aanleiding van advies van de door Rijk en VNG ingestelde arbitragecommissie. Deze extra gelden worden verwerkt in de septembercirculaire 2021 en zitten nog niet opgenomen in de raming van de algemene uitkering. In afwachting van de septembercirculaire is een indicatief bedrag van € 4 miljoen als inkomstenstelpost opgenomen (zie hierna).
De structurele besluitvorming over de tekorten Jeugdhulp is aan het nieuwe Kabinet. Daarbij tekenen zich twee sporen af: Het eerste spoor is de erkenning van de bestaande tekorten en de verantwoordelijkheid van het Rijk voor een betere bekostiging (meer geld). Het tweede spoor is de inzet op een betere beheersing en terugdringing van de kosten, zowel binnen de bestaande regelgeving als via aanpassing van de regelgeving.
Meerjarig wordt voor de jaren 2023-2025 rekening gehouden met:
- de zogeheten opschalingskorting;
- een trendmatige ontwikkeling van areaal en uitkeringsbasis.
- een trendmatige “reële nullijn”, dat wil zeggen: meerjarig toereikende accressen om, met inachtneming van de opschalingskorting, de loon- en prijsontwikkeling (incl. autonoom) op te vangen. Concreet bevat deze begroting de volgende meerjarige nominale grondslagen:
- # een loonontwikkeling van 2,5% per jaar
- # een prijsstijging van 1,5% per jaar (in lijn met de CPB-cijfers ten tijde van de Perspectiefnota).
Met inachtneming hiervan zijn de meerjarige mutaties op de algemene uitkering beperkt. De werkelijke nominale ontwikkeling is op dit moment onzeker en een risico. De afgelopen maanden is sprake sterke prijsstijgingen door schaarste van grondstoffen bij een aantrekkende economie. Voor wat betreft de loonontwikkeling moet er nog een nieuwe cao worden afgesloten met terugwerkende kracht tot 1 januari 2021. De nu geraamde loonontwikkeling is voor geheel 2021 en 2022 een inschatting.
0.8 Overige baten en lasten
Onder het onderdeel overige baten en lasten staan stelposten opgenomen voor nog nader te bestemmen middelen en/of nog nader in te vullen, generieke taakstellingen. De laatstgenoemde categorie komt in deze begroting niet voor.
Belangrijkste stelpost in deze begroting is een geraamde inkomstenstelpost van € 4 miljoen voor door het Rijk aangekondigde extra gelden Jeugdhulp (incidenteel 2022) naar aanleiding van het rapport van de door Rijk en VNG ingestelde arbitragecommissie. Dit is conform besluitvorming bij de Perspectiefnota 2021.
Hieronder volgt een overzicht van de opgenomen stelposten voor nog nader te bestemmen middelen. Aan de hand van dit overzicht worden de afzonderlijke onderdelen toegelicht.
bedrag x € 1 miljoen | ||||
omschrijving/jaar | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 |
inkomstenstelposten | ||||
# onderuitputting | -0,4 | -0,6 | -0,1 | 0,1 |
# extra geld jeugdhulp | -4,0 | |||
uitgavenstelposten | ||||
# investeringsplan | 0,2 | 0,2 | 0,1 | 0,0 |
# nominaal | 0,1 | 2,6 | 5,0 | 7,5 |
# areaal | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 |
# taakmutaties GF | 0,3 | 0,3 | 0,3 | 0,3 |
# onvoorzien | 0,2 | 0,2 | 0,3 | 0,4 |
totaal saldo stelposten | -3,6 | 2,7 | 5,6 | 8,3 |
Onderuitputting
Aan de inkomstenkant staat een jaarlijks terugkerende stelpost onderuitputting. Deze hangt direct samen met de stelpost investeringsplan en de technische verwerking van de herberekening van de kapitaallasten. De besluitvorming over het investeringsplan Maatschappelijk Vastgoed, de bijbehorende verlaging van de rekenrente van 3,5% naar 3% en de rekeningcijfers 2020 (afsluiting en fasering van kredieten) leiden tot mutaties in kapitaallasten en samenhangende posten. De herberekening sluit aan op de budgettair vastgestelde kaders, waarbij de stelpost onderuitputting het sluitstuk is. In algemene zin anticipeert de stelpost op het gegeven dat niet alle in de begroting opgenomen structurele budgetten ieder jaar geheel worden gebruikt.
Nominaal
De begroting 2022 houdt rekening met een prijscompensatie van 1,6% (inclusief 0,1% nacalculatie 2020/2021). De loonontwikkeling is conform de “oude” cao gemeenten die afloopt per 1 januari 2021, aangevuld met een aanname voor 2021 en 2022. Die aanname bedraagt voor beide jaren 2,5%. Voor 2022 is nog een stelpost met een minimaal bedrag van € 0,1 miljoen beschikbaar voor nog nieuwe nominale ontwikkelingen.
Meerjarig is een trendmatige nominale ontwikkeling ingedekt in samenhang met de geraamde accressen gemeentefonds. Meerjarig houdt de begroting via deze stelpost rekening met een jaarlijkse loonontwikkeling van 2,5%, een prijsontwikkeling van 1,5% en een autonoom bedrag (denk aan bijdragen gemeenschappelijke regelingen).
Areaal
De stelpost areaal heeft een tweeledig doel:
- In de eerste plaats worden via deze stelpost schommelingen in volumemutaties op de maatstafgegevens van verdeelmaatstaven verevend. Enerzijds plussen en minnen tussen verschillende maatstaven, anderzijds verschillen in de tijd tussen de verwerking in het gemeentefonds van mutaties op macroniveau en op gemeenteniveau;
- In de tweede plaats is er geen directe 1-op-1-relatie in tijd en omvang tussen areaaleffecten, c.q. autonome ontwikkelingen aan de uitgavenkant en aan de inkomstenkant. Deze stelpost biedt de mogelijkheid hier flexibel mee om te gaan. Een positief areaaleffect aan de inkomstenkant wordt via deze stelpost gereserveerd en de inzet verloopt als regel via integrale afweging bij de Perspectiefnota.
De beschikbare stelpost is bij de besluitvorming Perspectiefnota 2022 geheel ingezet.
Extra geld Jeugdhulp
Vlak vóór het uitbrengen van de Perspectiefnota 2022 verscheen het advies van de door Rijk en VNG ingestelde arbitragecommissie over de kosten voor Jeugdhulp, dat extra Rijksgeld voor gemeenten nodig is. Vlak ná het uitbrengen van de Perspectiefnota 2022 kwam het bericht dat het Rijk incidenteel voor 2022 een extra bedrag van € 1,3 miljard beschikbaar stelt aan gemeenten ter compensatie van de tekorten op Jeugd. Structurele besluitvorming is aan het nieuwe Kabinet.
Tegelijkertijd is voor 2022 een “normatieve” (lees: taakstellende) besparing ingeboekt van macro € 214 miljoen. Dit bedrag is gebaseerd op een maatregelenpakket in het rapport van de arbitrage-commissie “waarover overeenstemming bestaat tussen Rijk en VNG”. In het rapport loopt dit bedrag meerjarig op tot afgerond € 1 miljard per 2026.
Er tekenen zich twee sporen af: Het eerste spoor is de erkenning van de bestaande tekorten en de verantwoordelijkheid van het Rijk voor een betere bekostiging (meer geld). Het tweede spoor is de inzet op een betere beheersing en terugdringing van de kosten, zowel binnen de bestaande regelgeving als via aanpassing van de regelgeving. Het Rijk gaat dit extra geld verwerken in de Miljoenennota en de septembercirculaire. Om een zo actueel en reëel mogelijk beeld te geven van onze financiële positie bevat deze begroting een concrete vertaling naar de Amstelveense situatie. Uitgaande van het huidige Amstelveense budgetaandeel in de macrobudgetten voor Jeugd is als extra bijdrage van het Rijk een indicatief, afgerond bedrag ingeboekt van € 4 miljoen.
Taakmutaties GF
Op de stelpost taakmutaties worden toegekende compensaties via het gemeentefonds voor uitbreiding, c.q. intensivering van taken gereserveerd in afwachting van nadere besluitvorming. Via de notitie met de uitkomsten van de meicirculaire betreft dit de intensivering van de gemeentelijke anti-discriminatievoorziening en de gevolgen van de inwerkingtreding van de Wet open overheid. Daarnaast is bij de afgelopen meicirculaire een bedrag van afgerond € 0,1 miljoen gereserveerd voor een te leveren bijdrage in de uitvoeringskosten bij de SVB voor trekkingsrechten pgb.
Onvoorzien en overig
De begroting bevat een vast bedrag voor onvoorziene uitgaven. Meerjarig loopt dit bedrag op met afgerond € 0,1 miljoen.
Reservemutatie
Reservemutatie
bedrag x € 1.000 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | |||
---|---|---|---|---|---|---|---|
omschrijving | beginsaldo | dotatie | onttrekking | eindsaldo | eindsaldo | eindsaldo | eindsaldo |
0.8 Afdekking risico Invest-MRA | 2.500 | 0 | 0 | 2.500 | 2.500 | 2.500 | 2.500 |
0.8 investeringen in energietransitie en duurzaamheid | 10.600 | 0 | -3.330 | 7.270 | 6.230 | 6.055 | 6.125 |
0.8 Lokale maatregelen Corona | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
0.8 Reserve stedelijke vernieuwing | 11.563 | 2.933 | -800 | 13.696 | 8.159 | 9.159 | 10.159 |
Algemene dekkingsmiddelen | 24.663 | 2.933 | -4.130 | 23.466 | 16.889 | 17.714 | 18.784 |
Het saldo van de kolommen dotatie en onttrekking sluit niet aan op de reservemutatie zoals staat vermeld in het financieel overzicht. Dit verschil betreft de mutatie van de reserve " investeringen in energietransitie en duurzaamheid", waarvan de reservemutatie op het financieel overzicht bij programma 5 Ruimtelijke ontwikkeling staat verantwoord.
Investeringen in energietransitie en duurzaamheid
Van de verkoopopbrengst van de aandelen Eneco ad. € 60 miljoen in 2020 is € 15 miljoen toegevoegd aan deze reserve. Daarna heeft op verschillende momenten besluitvorming plaatsgevonden over de inzet van deze reserve. Een specificatie van de stand en ontwikkeling van deze reserve is opgenomen in bijlage K.
Sparen vooraf
In de begrotingsraad van 11 november 2020 is aan de hand van de Nota Aanvullende Voorstellen bij de Programmabegroting 2021 besloten tot de instelling van de reserve “stedelijke vernieuwing”. Dit als opvolger van de reserve “sparen vooraf”, in samenhang met de instelling van het investeringsplan Maatschappelijk Vastgoed.
Voorzieningenmutatie
Voorzieningenmutatie
bedrag x € 1.000 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | |||
---|---|---|---|---|---|---|---|
omschrijving | beginsaldo | dotatie | onttrekking | eindsaldo | eindsaldo | eindsaldo | eindsaldo |
0.8 Dubieuze debiteuren | 1.778 | 0 | 0 | 1.778 | 1.778 | 1.778 | 1.778 |
0.8 Alg. pensioenwet politiek ambtsdragers + wachtgeld | 4.486 | 135 | -134 | 4.487 | 4.488 | 4.490 | 4.493 |
0.8 Dubieuze vorderingen op openbare lichamen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Algemene dekkingsmiddelen | 6.264 | 135 | -134 | 6.264 | 6.266 | 6.268 | 6.271 |
Dubieuze debiteuren
De handelsdebiteuren worden jaarlijks bij opmaak van de rekening beoordeeld waarbij vooraf vastgestelde criteria worden gehanteerd (als de vordering “ouder” is, wordt een hoger percentage als dubieus aangemerkt). Over de jaren heen leidt dit tot een saldo dubieuze debiteuren van wisselende samenstelling dat op een redelijk constant niveau ligt. Voor de begroting wordt daarom een meerjarig gelijkblijvend saldo gepresenteerd.
Wachtgeld en wethouders
De wachtgeldvoorziening wordt bij het opstellen van de programmarekening geactualiseerd.